Met warmtepompen kun je een huis verwarmen en koelen door gebruik te maken van de constante temperatuur van een bron.

Er zijn verschillende bronnen die gebruikt kunnen worden voor de warmtepomp: 1) grond 2) lucht 3) water

De omgeving bepaalt welke bron het meest geschikt is voor de toepassing.

De warmte wordt uit de bron onttrokken door de wisselaar van de warmtepomp. De verdere opwarming van bronwarmte gebeurt door middel van een compressor.

De (meestal) constante warmte (12° C) wordt gebruikt om te verwarmen in de winter en (mogelijk passief) te koelen in de zomer.

De warmtepompen verwarmen vloer- en/of muurverwarmingen waardoor je zeer energiezuinig stookt en door de verwarmde vloer een comfortabeler binnenklimaat hebt. De warmtepomp systemen zijn zeer goed te combineren met zonneboiler systemen, douche warmte terugwinning en warmte terugwinnings ventilatie.